Woord vooraf:

De regionale en lokale geschiedenis mag zich nog steeds ver­heugen in een groeien­de belangstelling. Oudheidkundige en his­torische verenigingen vinden we in nagenoeg iedere gemeente en vele historische artikelen en boeken over de regio zijn de laatste jaren ge­­publiceerd.

In de Liemers en Didam hebben we deze tendensen ook kunnen zien. Door de Oudheidkundige Vereniging Didam en andere Liemerse verenigingen zijn de laatste jaren verschillende boekjes uitgegeven waarbij de auteurs regelmatig teruggrijpen op het werk van de twee coryfeeën van de Didamse en Liemerse geschiedschrij­ving, te weten N. Tinneveld en A.G. van Dalen.

Nol Tinneveld1 hield zich onder andere bezig met de geschiedenis en archeologie van de Liemers en Didam. Uit de kennis, die hij daarmee opdeed, des­tilleerde hij de neder­zettings- of bewo­ningsgeschie­denis van Di­dam. Tevens raadpleegde hij veelvuldig het gemeentearchief van Didam en het archief van het Huis Bergh te ‘s Heerenberg. De stukken uit deze archieven gebruikte hij onder andere als bron voor “De Liemers van Nol Tinneveld”2. Het boek “De Lie­mers – Gedenkboek Dr. J.H. van Heek”3 werd onder zijn redac­tie sa­mengesteld. Meer landelijke bekendheid kreeg hij met zijn boek “Topony­mie van Didam” dat in samenwer­king werd ge­schreven met D. Blok 4.

Anton G. van Dalen hield zich vooral bezig met de geschiedenis van Didam en de Liemers in de late middeleeuwen, de periode tussen de 12de en 16de eeuw. In het archief van het huis Bergh moet hij kind aan huis geweest zijn, gezien zijn vele verwij­zingen naar akten en geschriften uit dit archief.

Via de literatuurlijsten in de boeken van beide heren worden we ook op het spoor gezet van talrijke andere bronnen, die we kunnen raadplegen om kennis te nemen van de ge­schiedenis van Didam en omstreken. Maar tegelijkertijd moeten we ons beden­ken dat bijvoorbeeld het archeologisch werk van Tinneveld vooral dateert uit de jaren vijftig, zestig en het begin van de jaren ze­ventig. Veranderde wetgeving heeft er voor gezorgd dat het aantal archeologische opgravingen is geëxplodeerd. Door veldverkenningen van Henk Tomas en Alex Koster van de Historisch Archeologische Stichting vanaf de jaren negentig en door recente archeologische vondsten zijn er belangrijke aanvullin­gen op de nederzetting geschiedenis van Didam en Montferland gekomen en is het beeld dat destijds door Tin­neveld is opgeschre­ven, sterk verouderd.

Het boek van A. G. van Dalen “Gelderse historie in de Lie­mers”5 dateert uit 1971. Sommige passages uit dit boek roepen vragen op en kunnen kanttekeningen geplaatst worden bij be­paalde conclusies. Verschillende nieuwe boeken met voor Didam relevante gegevens zijn inmiddels verschenen; oude boeken6 zijn opnieuw ont­dekt en  voor een deel via internet beschikbaar. Kortom voor mij werd het tijd om nog eens opnieuw de gegevens over de historie van Didam op een rijtje te zetten.

Om deze geschiedenis te kunnen schrijven, was het niet voldoende die oorkon­den, die boeken te bestuderen die over de plaats zelf gaan. Gebeurtenissen en personen moesten in een breder kader geplaatst en bestudeerd worden. Het raadplegen van vele boeken en geschriften was een noodzaak. Mede dankzij de steun van het personeel van de bibliotheken te Didam, Emmerich, Arnhem en Wageningen was dit mogelijk. Tevens werd op internet intensief gespeurd naar boeken, personen, geslachten die met de historie van Didam en omgeving te maken hebben. Dit bracht me op het idee om de artikelen niet in gedrukte vorm uit te brengen maar op internet en de website van de Historisch Archeologische Stichting (H.A.S.) als basis te gebruiken. Een woord van dank gaat uit naar Alex Koster, Peter Jonkman voor de bouw van deze site. De eerste hoofdstukken kunnen binnenkort verwacht worden. Tevens geeft het mij en anderen de mogelijkheid om ook in de toekomst aanvullingen te doen, verbeteringen voor te stellen en andere, nieuwe zaken aan te dragen. Iedereen die denkt aanvullingen, verbeteringen te kunnen doen wordt vriendelijk uitgenodigd dit commentaar te zenden naar h.tomas@chello.nl of naar het mailadres op de website van de H.A.S.

Ik wil de artikelen gaarne opdragen aan mijn overleden vrouw, die na 3 jaar de strijd tegen kanker moest opgeven. Met dankbaarheid denk ik terug aan de 45 jaar die we  getrouwd waren en de spil die zij was in ons huwelijk.

 

  1. Zie o.a de archeologische collectie van N. Tinneveld in het Liemers Museum te Zeve­naar.
  2. J. Thoben 1984.
  3. A. Tinneveld 1953.
  4. A. Tinneveld en D.P. Blok 1973.
  5. A.G. van Dalen 1971.
  6. Zie met name A. Fahne 1860. Een groot deel van dit boek is gewijd aan de geschiedenis van Didam. In de literatuurverwijzingen over de geschiedenis van Didam komt men dit specifieke deel niet tegen.

 

 

 

Tenzij anders vermeld berusten alle rechten op informatie (tekst, beeld, geluid, video, etc.) die u op deze site (liemersverleden.nl en alle onderliggende pagina’s) aantreft bij  het bestuur van de Historisch Archeologische Stichting  (H.A.S.) of wanneer het de geschiedenis van Didam betreft bij de schrijver H. Tomas.

Gehele of gedeeltelijke overname, plaatsing op andere sites, verveelvoudiging op welke andere wijze dan ook en/of commercieel gebruik van deze informatie is niet toegestaan, tenzij hiervoor uitdrukkelijk schriftelijke toestemming is verleend door de Historisch Archeologische Stichting of H. Tomas.

Deze informatie mag worden bekeken op een scherm, gedownload worden op een hard-disk of geprint worden, mits dit geschied voor persoonlijk, informatief en niet-commercieel gebruik, mits de informatie niet gewijzigd wordt, mits de volgende copyright-tekst in elke copy aanwezig is: “© Copyright H.A.S. / H.Tomas”, mits copyright, handelsmerk en andere van toepassing zijnde teksten niet worden verwijderd en mits de informatie niet wordt gebruikt in een ander werk of publicatie in welk medium dan ook.

H.A.S. voert het beheer over de pagina’s op deze website. Het linken en verwijzen naar de pagina’s op deze website is toegestaan. De webmaster stelt het op prijs hiervan in kennis te worden gesteld.