Het gemeentehuis van Duiven
Lange tijd had Duiven niet de beschikking over een gemeentehuis. Zo stelde burgemeester P.S. Nass, die 45 jaar lang burgemeester van Duiven was, tegen vergoeding een ruimte in zijn eigen woning beschikbaar. In 1863 werd hij opgevolgd door burgemeester A.E.D.F. baron van Voorst tot Voorst; deze was echter niet bereid een deel van zijn woning, de havezate De Ploen, beschikbaar te stellen aan de gemeente. Al snel werd daarom door de gemeenteraad besloten om een raadhuis te bouwen.
De grond voor de bouw van het pand aan de doorgaande weg van Arnhem naar Zevenaar werd van de smid J.F. Courtois gekocht. Het gebouw werd ontworpen door S.A. Fijnebuik, opzichter van de Waterstaat te Arnhem. Tijdens de bouw bleek dat de oppervlakte bouwgrond te klein was, zodat alsnog een perceel grond van de buren moest worden gekocht. In juni 1864 kon het nieuwe raadhuis officieel geopend worden. De kosten waren ƒ7.000,-, voor die tijd een groot bedrag. De gemeente was dan ook genoodzaakt een lening af te sluiten met een looptijd van 35 jaar.
Het raadhuis beschikte op de begane grond over een vestibule, de raadkamer, secretarie, bodekamer, een woonkamer, keuken, bergplaats en kelder. Op de verdieping waren drie kamers en een zolder. Het pand werd niet alleen gebruikt als raadhuis maar tot 1900 ook als burgemeesterswoning. Op het dak stond een klokje dat gebruikt kon worden als brandklok. In geval van brand werd echter de voorkeur gegeven aan de kerkklokken die een groter bereik hadden. In de oorlogsjaren is het klokje door de Duitsers gevorderd en vervolgens verdwenen.
Ruimtegebrek en de noodzaak van onderhoud leidden ertoe dat het pand nog meerdere malen verbouwd werd. Het ruimtegebrek werd steeds nijpender. In de jaren ‘60 werden noodgebouwen bijgeplaatst en werden ruimtes in gebruik genomen in onder andere het zusterklooster en in het paterklooster Regina Pacis. De raadsvergaderingen werden buiten het gemeentehuis gehouden en ook huwelijken werden regelmatig in het Cultureel Centrum gesloten. Het gemeentearchief dat in het raadhuis geen goede bewaarplaats had, werd sinds 1973 elders bewaard.
Op 19 september 1988 was het eindelijk zover; de bouw van een nieuw gemeentehuis werd symbolisch gestart door het slaan van de eerste paal door burgemeester Kemme. Aan de Kastanjelaan werd een ruim gemeentehuis gebouwd door Brouwer en Deurvorst Architecten uit Oosterbeek. Het pand moest onderdak kunnen bieden aan alle afdelingen, met uitzondering van de afdeling gemeentewerken die in het klooster Regina Pacis zou blijven. Op 16 februari 1990 kon het gebouw officieel geopend worden. Het oude gemeentehuis zou verbouwd worden tot restaurant.
Bronnen
- T. de Roos, J. de Roos, Gemeentehuizen in Gelderland. Van Aalten tot Zutphen (Millingen aan de Rijn, 1995) 30-33
- J.A.J.M. Frijhoff, Duiven in oude ansichten deel 2 (Zaltbommel, 1984)