Huis te Lathum

Het huidige huis te Lathum is slechts een klein restant van het vroegere kasteel. Al vanaf de dertiende eeuw stond er op deze plek een kasteel met een apart poortgebouw, een hoge en een lage vleugel. De oudste tekeningen van dit gebouw dateren uit de achttiende eeuw. Van de eerste bebouwing, een kasteel dat op 3 februari 1355 werd verwoest door brand, is geen tekening bekend.

Het huis is in de loop van de eeuw regelmatig van eigenaar veranderd. De eerste eigenaren waren waarschijnlijk Eyle en Wenemar, die genoemd worden in oorkonden uit 1227 en 1243. Zij waren vermoedelijk familie van het geslacht Baer, bekend van het nabijgelegen kasteel Baer. Na diverse verkopen kwam het huis in 1546 in eigendom van de bekende veldheer Maarten van Rossem.

In de negentiende en twintigste eeuw deed het huis enkel nog dienst als boerderij. In 1915 werd Sophia Wilhelmina barones van Heeckeren van Kell eigenaresse. In haar opdracht vond een restauratie plaats. Het poortgebouw was al halverwege de negentiende eeuw verdwenen. De twee vleugels van het huis werd gerestaureerd en de zeshoekige traptoren werd herbouwd.

Haar zoon, jonkheer Jacob Dirk Carel van Weede, erfde het huis. De lage vleugel werd bewoond door boer Uenk die er een boerenbedrijf runde. De hoge vleugel verhuurde de jonkheer tijdens de Tweede Wereldoorlog aan kunsthandelaar Herman Kuyt uit Haarlem die het gebruikte als opslagplaats en showroom voor zijn kunsthandel. Herman zelf woonde niet op het kasteel, maar zijn broer Gerrit en zijn moeder wel. Vanaf september 1944 bood Huis te Lathum ook onderdak aan evacué’s. Helaas werd op 2 april 1945 de hoge vleugel en de traptoren opgeblazen door de Duitse troepen op hun terugtocht om de geallieerden een mogelijke uitkijkpost te ontnemen. De bewoners waren 24 uur van tevoren gewaarschuwd dus gewonden zijn er niet gevallen.

Na de oorlog is slechts de lage vleugel gerestaureerd. Het puin van de overige delen werd in de kelder gestort. De wapensteen van de voormalige eigenaren de familie van Isendoorn die de ingangspoort sierde, is bewaard gebleven en in de westgevel gemetseld.

In 2001 werd het huis door de jonkheer verkocht aan Chr. Pilzecker die het in 2008 doorverkocht aan een particulier.

Huis te Lathum

Bronnen

  • J. Vredenburg (eindred.), Kastelen in Gelderland (Utrecht, 2013), 527-529
  • Documentatiecollectie gemeente Angerlo, inventarisnummer 23
  • Drs. C.O.A. Baron Schimmelpenninkc van der Oije, Bijdragen tot een geschiedenis van Baer en Lathum, in: Bijdragen en Mededelingen der Vereniging Gelre, deel LXVI, 1972, 93-106
  • J. Harenberg, De laatste dagen van het Huis te Lathum, in: Stad en Ambt Doesborgh, maart 1985, 10-13