Het Pannerdensch kanaal
Rond 1700 was de doorstroming in de IJssel en de Neder-Rijn vooral ‘s zomers zo laag dat scheepvaart vrijwel onmogelijk was. Het probleem werd opgelost door het graven van een doorgang tussen de Waal en de Neder-Rijn langs Pannerden in 1706 en 1707. De nieuwe rivierarm kreeg de naam Nieuwe Doorsnijding maar al snel werd de benaming Het Pannerdensch Kanaal gebruikelijk.
Door het kanaal zijn de IJssel en de Neder-Rijn weer levendige rivieren waar voldoende water door stroomt voor de scheepvaart. De doorstroming is ook van belang voor de landbouw; de aanvoer van voldoende zoet water voorkomt dat sloten te zout worden.
Het kanaal is ongeveer zes kilometer lang. Dagelijks maken ruim zestig binnenvaartschepen gebruik van de waterweg die ook gebruikt wordt voor recreatievaart, visserij, oeverrecreatie en zwemmen. In 2007 is het 300-jarig bestaan van het kanaal uitgebreid gevierd.
Bronnen
- G. van de Ven, Verdeel en beheers. 300 jaar Pannerdensch Kanaal, (Diemen, 2007)