Conservering van de bronzen kanTijdens de tentoonstelling in het Liemers Museum te Zevenaar (van december 2001 t/m februari 2002) werd hij al tentoongesteld: de Romeinse bronzen kan die tevoorschijn kwam bij het uitgraven van een nieuwe bouwput op het Kollenburg-terrein in Didam. De bezoekers zal het toen opgevallen zijn dat deze vondst onder het zand zat en behoorlijk gehavend was. Wij vonden het belang van deze vondst echter zo groot, dat wij hem in de originele vondst-toestand tentoonstelden. Gezien de staat van de kan (er waren bijvoorbeeld diverse ernstige corrosieplekken zichtbaar) was het echter duidelijk dat hij spoedig geconserveerd zou moeten worden. Direct na het einde van de tentoonstelling werd de kan dan ook overgebracht naar Museum Het Valkhof te Nijmegen, afdeling restauratie archeologie, waar hij door de heer R. Meijers inmiddels gereinigd en gestabiliseerd is. De kan zal zo spoedig mogelijk worden opgenomen in de vaste opstelling van de afdeling archeologie van het Liemers Museum te Zevenaar.
Onderstaande informatie over het conserveringsproces is ontleend aan het verslag van de heer Meijers: Het reinigingsproces De binnen- en buitenzijde werd vervolgens ingekwast met een oplossing van 3% Benzotriazol in ethanol. De buitenzijde werd gespoten met Paraloid B72 in Methylethylketon. De binnenzijde is niet gespoten omdat men er later niet makkelijk bij kan om het eventueel te verwijderen. Er kan eventueel nog wat zand e.d. uit de kan vallen. De behandeling is reversibel: Paraloid is oplosbaar in aceton. Conclusie en aanbevelingen
Bij de kan is de chloride-corrosie niet geheel verwijderd. de Benzotriazol-behandeling is waarschijnlijk niet voor 100% afdoende. Bij een verhoogde luchtvochtigheid kan opnieuw corrosie optreden. |